Posts Tagged ‘Argentinië’
Salta Mortale
We zijn er. In Salta zo´n 300 km ten zuiden van de Boliviaanse grens. Salta ligt op ongeveer 1200 meter hoogte, in een kom omgeven door heuvels (bergen). We zijn doodop. Niet van de reis van 24 uur inclusief Mien in- en uitpakken maar van een ruwe onderbreking van onze nachtrust……….
Alles liep op rolletjes. In Posadas ging Mien met wat smeergeld er als eerste in. Nog niet veel passagiers dus met weinig andere bagage bovenop haar gestapeld. In Resistencia moesten we van bus wisselen. Dat zou de bus zijn die ons naar Salta zou brengen. Ook dat ging goed door ook hier vrienden (als je rijk bent, heb je vrienden…) te worden met de malatero (bagagesjouwer). Er ging wel bagage bovenop Mien maar de malatero leek rekening te houden met het verzoek van Ellu om er niet al te zware bagage op te zetten.
Maar we zaten comfortabel in de bus. En Mien ook (wat minder comfortabel). Op een gegeven moment hadden we zelfs 2 stoelen elk. De uren vlogen voorbij omdat we het merendeel van de tijd geslapen hebben. Ineens om half 4 gingen alle lichten aan en werden we uit de bus gestuurd. We moesten naar een andere bus. De reden was niet helemaal duidelijk maar het lijkt erop dat er iets met de remmen was. Helemaal verward want nog in slaap gingen Ellu en ik meteen de bus uit. Ellu om ervoor te zorgen dat Mien in de andere bus zou kunnen. Ik om het proces bij de kapotte bus in de gaten te houden.
Bij de andere bus, die al half vol zat met passagiers én dus ook met hun bagage, legde Ellu het weer aan met de malatero. Hij hield ruimte vrij voor Mien maar ondertussen kwam ook alle bagage uit de kapotte bus eraan. Grote zware tassen, die bovenop Mien hadden gestaan! ARGH! En die werden gerust ingeladen in de nieuwe bus. Niet gek dus dat de chauffeur op een gegeven moment zei dat Mien niet meekon! Rustig en vriendelijk, althans ik hoop dat dat ook zo overkwam, legde ik hem uit dat we onze fiets toch echt nodig hebben. Dat het onze manier van transport was. Eerste drempel overkomen: Mien mocht mee.
Sjouwend met Mien kwamen we bij de andere bus. Daar was nog een plek vrij (min of meer) maar met geen mogelijkheid zou Mien de draai kunnen maken. Wat toen gebeurde? We leken terecht te zijn gekomen in een horrorfilm “Dark nights for Mien Masjien”. Hoewel het duidelijk was dat Mien er niet bij kon zonder de bagage te reorganiseren, probeerden de heren haar er hoe dan ook in te persen, in te trekken of er in te duwen. Wat we ook zeiden; ze luisterden niet. Op een gegeven moment werd het Ellu even te veel. Ze voelde zich zo ontzettend machteloos. Toen ook ik nog eens herhaalde dat een grote rooie tas in de weg zat en Ellu aan de tas aan het rukken was, hielpen ze mee om dit obstakel weg te krijgen. Maar de horrorfilm was nog niet over want na dit obstakel waren er nog een paar te gaan. Aan alle kanten knalden zij met Mien tegen stangen aan. We vreesden voor haar gezondheid. Toen we ook zelf maar weer het initiatief namen (ondertussen hadden we Mien ook nog vast om erger te voorkomen) om de andere obstakels weg te nemen, paste ze er eindelijk in.
In Salta aangekomen, bleek gelukkig dat Mien het nog doet. Haar frame heeft een aantal behoorlijke schrammen opgelopen maar haar vitale organen werken allemaal nog. Dit keer is het dus “goed” gegaan maar dat geeft geen garantie voor een volgende keer. We denken erover om onszelf en Mien dit niet nog een keer aan te doen!
Trouwens, er zijn weer nieuwe foto´s. Dit keer van onze rit van Colonia in Uruguay naar de Iguazú watervallen. Wanneer je ze later nog een keer wilt zien, dan kun je de link rechts in het menu gebruiken!
Alles kan, waterkan, groenekan, sandokan, toekan …..
Daar zijn we dan in Puerta Iguazú, uitvalsbasis om de Cataratas de Iguazú(watervallen) te bekijken aan de Argentijnse en aan de Braziliaanse kant. Gisteren waren we aan de Argentijnse kant. Wat het leuke daarvan is, is dat er verschillende wandelingen zijn naar verschillende uitzichtspunten. De paden gaan door een prachtige jungle waar vrolijk gekleurde vlinders om onze hoofden heenvlogen, waar vele vogels rondvliegen en waar de leguanen in de bosjes schieten wanneer je te dicht in de buurt komt. En dan wordt je ook nog eens beloond met fantastische uitzichten op gigantische watervallen.
De topper van de dag was onze middagwandeling naar de start van het pad naar de Garganta del Diablo (de keel van de duivel). Omdat we graag een actieve dag wilden hebben, besloten we om niet het treintje te nemen maar om de wandeling te doen langs de rails. Een goed besluit want wat zag ik ineens in de bomen? Een grote vogel met een grote gebogen geel-rode snavel: een toekan! Een prachtvogel om te zien en het fijne was dat we hem uitgebreid op ons gemak hebben kunnen aanschouwen.
Onze dag was al goed maar werd nog beter toen we bij de Garganta aankwamen. Als je denkt dat je alles hebt gezien, dan vergis je je. Van 3 kanten dondert het water naar beneden met een overweldigende kracht en een oorverdovende herrie. Waar het water in verdwijnt, is onduidelijk omdat de damp van het water het zicht op de rivier en de onderkant van de waterval ontneemt. Het is daadwerkelijk alsof de aarde wordt verzwolgen, alsof je op dat punt van de aarde aflazert.
Prachtige dagen, een indruk
Met Gastón en zijn (kleine) 4×4 reden we over een behoorlijke gravelweg naar het natuurpark Iberá. We reden een geweldige tijd tegemoet. Ons pakket bestond uit slapen in een cabaña van rancho Iberá Porá, ontbijten in de comedor (eetkamer) van deze rancho, lunchen en avondeten bij Silvia en Jorge, 3 excursies en transport naar het park en van het park naar Posadas.
In het park ligt aan de lagune het dorpje Colonia Pelligrini. Van daaruit wordt alles georganiseerd. Allemaal heel kleinschalig en heel knus. Iedereen kent iedereen. We voelden ons er vanaf het eerste moment welkom. Vooral ook door de enorm gezellige rit met Gastón, die in een lager tempo uitgebreid met ons heeft zitten kletsen.
Helaas hadden we de pech dat er op de dag van aankomst een storm uitbrak. Met onweer en bakken met regen veranderde Colonia Pelligrini in één grote modderpoel. Onze voeten zijn goed geschrubt, zeg maar. Maar gelukkig was het de dag erna de hele dag droog en konden we alsnog alle 3 excursies doen.
Iberá, dat schitterend water betekent, is een prachtig natuurreservaat. Denk aan de Everglades, vermengd met de friese meren. Met dramatisch mooie bewolkte luchten keken we vanuit ons bootje uit over waterbloemen en geklusterde drijvende eilandjes van riet, gras en lage struikjes. In het water en op de kant werden we voortdurend verrast door weer een kaaiman en weer een kaaiman. Het gebied is er mee bezaaid. Capybara´s graasden in het gras. En de verschillende soorten vogels waren niet te tellen. Van groot naar klein met een rood kopje of een gele buik. Omdat vanwege het slechte weer alle excursies op dezelfde dag waren, hebben we in de middag in totaal 6 uur op het water gezeten. We hebben ons geen minuut verveeld.
Door de regen was de weg naar Posadas, die veel slechter is dan de weg naar Mercedes, nog slechter geworden. Maar Gastón, de schat, heeft met man en macht ervoor gezorgd dat we alsnog mét Mien vandaag naar Posadas konden. Gastón is één voorbeeld van de vriendelijkheid die we in Colonia Pelligrini zijn tegengekomen. We hadden dit park bijna laten liggen omdat het in onze oorspronkelijke plannen behoorlijk uit de route lag. Maar wat zijn we blij dat we onze plannen hebben veranderd en dat we de mogelijkheid hebben gehad om dit geweldige natuurreservaat van dichtbij te zien! Een aanrader!
Nieuwe plannen; zelfde richting
De nieuwe plannen zijn in Concordia gemaakt en 3 dagen later zijn we in Mercedes aangekomen, onze springplank om de nieuwe plannen tot uitvoer te brengen. Het zit ons gelukkig mee. Morgen gaan we naar een ranch in het Reserva Natural del Iberá mét Mien. Een park dat behoorlijk spectaculair schijnt te zijn. We zijn benieuwd. We worden opgehaald met een kleine vrachtwagen. Dezelfde vrachtwagen die ons twee dagen later naar Posada in de provincie Missiones kan brengen. Een shortcut over zand- en gravelwegen, die ons 3 dagen bespaart. Anders hadden we terug gemoeten naar Mercedes om daar vervolgens via een omweg de bus te nemen. In Posadas laten we Mien achter om in 4 dagen op en neer naar Foz de Iguazú te gaan. Vanuit Posadas bussen we naar Salta in het Andesgebergte. Daar gaat het echte grote fietsen pas beginnen.
Vriendelijk blijven lachen
Wat doen wij in een vreemd land wanneer we mannen in uniform tegenkomen? In ieder geval zeggen we altijd “Goedendag” en we toveren onze breedste glimlach op onze gezichten. In de meeste gevallen is dit genoeg om zonder stoppen door te kunnen fietsen.
Wat doen wij in een vreemd land wanneer we door mannen in uniform gestopt worden? Ook dan zeggen we altijd “Goedendag”, we toveren een nog bredere glimlach op onze gezichten én we doen moeite om de taal te spreken. Enigszins opzettelijk knullig in de hoop dat dit een glimlach bij de mannen met uniform op hun gezichten tovert.
Wat doen wij in een vreemd land wanneer we gestop worden door een man in uniform die niet al te vriendelijk lijkt te zijn? Wanneer de man in uniform om onze paspoorten vraagt zonder nog een woord van toenadering met ons gewisseld te hebben? En wanneer de man op basis van de foto in mijn paspoort zegt dat ik daar veel jonger ben én veel mooier? Het goedendag vervalt want wat mij betreft, zakt ie in de grond. Maar wat we altijd maar dan ook altijd blijven doen, is vriendelijk blijven lachen! Want uiteindelijk mogen we ook dan zonder problemen doorrijden. En zeg nou zelf: een bezweet, vies en verweerd gezicht onder een helm; iedereen zou toch hetzelfde als hem hebben gezegd 😉